Voor, tijdens of na de geboorte (denk aan tang- of vacuümverlossing, stuitbevalling, meerlingbevalling of een zeer vlotte bevalling) kunnen er problemen ontstaan in de stand en functie van de bovenste nekgewrichten, de zgn. Hoog Cervicale Functie Stoornis (HCFS). De asymmetrie van de zuigeling, onbegrepen huilgedrag, een voorkeurshouding, overstrekken, etc. zijn de belangrijkste en duidelijkste klachten die optreden.
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat het functioneren van de bovenste nekwervels met hun omliggende kapsels, banden en spieren van groot belang is voor de houdings- en motorische ontwikkeling. Een gefixeerde foutieve stand van de hoge nekwervels veroorzaakt een abnormale rek op deze weefsels waardoor verkeerde informatie naar de hersenen wordt gegeven. Dit zijn complexe processen. De scheefstand van de nekgewrichten veroorzaken ook vaak pijn bij bewegen van de nek en/of hoofdpijn. Kortom, als er een veranderde positie of gefixeerde positie van de hoge nekwervels aanwezig is, kan dit problemen hebben voor de ontwikkeling van de zuigeling.